Ik ben al even onderweg met het volgen van de vogelspotcast van Arjan en zijn vriend. En wat vind ik daar dan zo leuk aan want ja over smaak valt te twisten. Ik luister vaak onderweg naar huis vanaf mijn werk. Er moeten mensen zijn die soms opzij kijken en mij op de snelweg zien met een glimlach op mijn gezicht. Ze zijn zo grappig aan het vogelen. Herkenbaar ook het geklungel, van “niet weten wat dit nou weer is” van Gisbert. En het is zo leuk meer te weten van al onze gevederde vrienden. Koekoek, ja koekkoek! Iedere week is er weer een andere vreemde vogel ter bespreking en zo doe ik vandaag voor jullie: de koekoek. Het is een vreemde vogel en dat istie.
Afgelopen zaterdag starten we vanaf de rode klaprozen bij Hesseln.
Voorbij het dorp gaan we al snel de mulle zandwegen op. De droogte is echt zorgelijk al. En het is nog maar juni! Boeren zijn al druk met het bewateren maar we hebben nog, hoop ik, veel zonnige zomerdagen voor ons. Zal er water genoeg zijn?
De geelgors staakt af en toe het zingen van Beethoven en hupt samen met zijn vrouw steeds voor ons uit op het pad. Zijn bek steeds voller proppend met voedsel voor de jeugd, denken wij.
De gele kwikstaarten draaien als volleerde dansers door de aardappel en bieten velden. Vogels met on-Hollandse knalgele veren die we tot 3 jaar geleden nog nooit hadden gezien. Het kan raar lopen na een excursietje en de aankoop van een verrekijker.
Zo mooi ook de korenbloemen. Het is een blauw die bijna niet te beschrijven is. Het schijnt dat de boeren ze nu samen met het koren zaaien met name voor de bijen uiteraard. Het zijn weer mooie onbekende paadjes, smal en vol met bloeiend gras. Mooi maar mijn neus vindt het niet zo. De harde wind zorgt er voor dat ik mijn neus na enkele minuten vol met pollen heb. Mijn lijf niest om de zoveel tijd dat het er uit moet. Ik hoop toch stiekem op een beetje regen. In de nacht dat wel he?
Komen we even later ook nog weer langs de plek van het onheil uit mijn vorige verhaal. Ik vond al mijn eigendommen terug, op mijn teken-verwijder-pasje na. Niet erg, niet kostbaar maar wel gekregen van een vriendin en dan is het toch extra jammer. Maar je wil het niet geloven; ik kijk toch nog even in het hoge gras van de berm. Hetty kijkt meewarig; die gaat ze heus niet vinden………………..
Ik zeg niks. We lopen verder, drinken koffie en doen wat aan de pr. Bij het heideveld hebben we bijna prijs. We hoorden de koekoek al enkele kilometers en nu gaan we op zoek. Elke keer als we denken: ja, nu heb ik de koekoek in beeld dan vliegt hij stiekem weer verder. Begint dan even later weer driftig te roepen en als we verder sluipen, vliegt hij weer verder. Vogelen is een sport! En echt iets voor spot-vogels. Gggrrrrrrrrrrrrrrr koekoek.
Via de overbekende wegen op landgoed de Klencke steken we door naar Benneveld. Opeens is het druk op de fietspaden. Blijkt dat er een toertocht gaande is. We hebben even werk met fietsers ontwijken en groeten. De meesten gaan snoeihard maar een paar genieten ook en laten dat ook merken. We genieten tijdens de lunch het hele schouwspel. Al is het niet mijn ding hoor, ik vind het gewoon eng. Zit bijna te wachten op 1 die in het asfalt zal bijten.
Overigens Benneveld is idyllisch mooi. Oude boerderijen, een mooi dorpsgezicht zodat je een beetje denkt dat je in 1800 wandelt. Bijzonder gevoel; zo was het eens.
Tot Aalden gaat het weer door verstild natuurgebied. Prachtige kleuren, mooie bloemen en heel veel libellen.
Onderweg horen we vele keren een koekoek. Maar die is niet koekoek hoor. We zoeken ons gek maar vinden hem niet. Ga voor de aardigheid eens luisteren naar het wonderlijke koekoeksverhaal. Als je dat weet en je ziet of hoort de koekoek, dan ben je onder de indruk. Vliegen van Afrika naar Nederland voor maar aan paar weken. Koekoeken zijn in staat hun eieren steeds meer te laten lijken op de waardvogels die ze kiezen en evolutionair verandert dat ook nog steeds weer. Want die waardvogels zijn ook niet koekoek. Op den duur wilde de duif geen pleegouder meer zijn en nu is de grasmus inmiddels de klos.
In Aalden aangekomen kunnen we weer genieten van dorpsgezichten van weleer. Schilders van toen hebben dat maar mooi vastgelegd. Toch een beetje heimwee? Als we langs ’t Hoes van Hol-An komen kunnen we het niet laten. Pannenkoeken! Sinds 1965 bevolken niet langer de koeien de stallen. Het is een gezellig en goed restaurant. Hol-An = houdt aan = kom eens langs. Nou dat doen we vast nog wel weer eens.
We besluiten het diner met een glimlach en gaan voor de laatste kilometers. Er wordt geen koekoek meer gespot wel weer gehoord. Het is echt alsof ze denken; mij niet gezien…………. Maar het deert ons niet hoor, volgende keer weer beter. Er is genoeg moois te zien, iedere dag.
Marjan, wat is dat toch genieten van onze mooie schepping!